25 maart 2016

Kort verhaal | Discussie van de letters op papier

Hier volgt een kort verhaal door mij geschreven. Oorspronkelijk voor een opdracht voor school, maar ik vond hem wel deelbaar, dus vandaar ook hier op ze Bloguee :)

“Verzamelen!” Iedereen stelt zich aan de rand op. Ze doen wat oefeningen. Stretchen zenuwachtig op en neer, op neer, praten, kibbelen, giechelen. Kinderen zijn het. Ze voelen zich allemaal even belangrijk, maar voor de een is er nou eenmaal meer plaats dan voor de ander. Ze dringen enthousiast, staan te springen om gebruikt te worden. Sommigen vervelen zich, er is niet zoveel voor ze te doen. Ze zijn dan ook met minder, maar willen net zo graag.
We gaan van links naar rechts, zoals dat hoort, klaar om te beginnen. Mijn hand gaat omhoog, klaar voor de eerste zet, het geluid dat ze produceren is overweldigend:
"Vandaag wil ik als het hoofd staan." "Ik wil niet naast hem staan, hij laat mijn figuur minder uitkomen." " nee, ik zou het niet doen hoor, wij klinken voor geen meter naast elkaar."
Ze maken het me moeilijk, wie te kiezen. Ik wil het goed doen, de juiste combinatie op de juiste plek, een meesterstuk. Zo'n tongbreker waar men het over 10 jaar nog over heeft. Ze blijven maar roepen. Ik kan me niet concentreren. "Stilte roep ik. Alsjeblieft, even stilte.”
Ik pak mijn pen roep ze zonder verder wikken en wegen één voor één op. Ze vloeien neer op het lege vel papier. Het lijkt geen enkele moeite te kosten, het is niet netjes, maar het beste wat ik in tijden heb gemaakt. Ze komen neer als rake klappen, klinken in mijn hoofd als gouden combinaties.
De meesten hebben allang geen commentaar meer, maar eentje gromt er woest. Hij houdt het voor gezien, weer niet aan de beurt. Hij rolt met een slakken tempo over het tafelblad en sleept zijn pootje als een knapzakje achter zich aan. Ik wil excuses maken, “sorry, je bent heel aardig en klinkt heel slim en geletterd, zeker in combinatie met de klinkers, maar ik kan je gewoon niet gebruiken.” “Qqqqqq.” Gromt hij beledigd.
Ik laat hem gaan, focus me op de laatste zinnen. Als ze liggen waar ik ze hebben wil zijn ze eindelijk stil. Ze slapen. Ik ben de baas. Dat weten ze. Nu. Ik kijk trots, naar de rust van blauwe strepen en lijnen. Ik wil het papier bijna wegleggen, maar hoor dan vanuit de hoek een klein gepiep.
Ik kijk aandachtig, maar zie niet direct wie of wat het geluid produceert. Dan zie ik het! “Natuurlijk hoe kon ik jou nou vergeten.” Ik draai het dopje weer van mijn pen en zet hem onder aan het papier weer neer. Als ik hem weer optil kijkt het puntje me aan, uitgeput, maar met een brede glimlach. “Het is af” zeg ik. Hij zucht en doet zijn ogen dicht.

post signature

Geen opmerkingen:

Een reactie posten